Flexi-jobber: ook voor publieke of private zorgsector, maar niet voor zorgfuncties

Wie een flexi-jobber te werk stelt, betaalt enkel een werkgeversbijdrage van 25% (fiscaal aftrekbare beroepskost). De flexi-jobber betaalt zelf privé noch sociale bijdragen, noch belastingen op het loon/vergoedingen die hij/zij ontvangt.

Flexi-jobber: ook voor publieke of private zorgsector, maar niet voor zorgfuncties

Niet elke werkgever kan zomaar een flexi-jobber te werk stellen. Enkel werkgevers in bepaalde sectoren kunnen flexi-jobbers inschakelen. Aanvankelijk kon enkel de horecasector daarop een beroep doen. Na een eerste uitbreiding in 2018 naar o.m. kappers en schoonheidszorgen, en de handel in voedingswaren, vond op 1 januari 2023 een tweede uitbreiding plaats naar o.m. de sport- en zorgsector. Sinds 23 april 2023 kan een flexi-jobber ook tewerkgesteld worden bij chocolatiers.

In circulaire 2023/C/70 dd. 23.07.2023 laat de fiscus weten dat wat de uitbreiding de zorgsector betreft, de flexi-jobber niet mag ingezet worden voor zorgfuncties op zich. De personen die de zorgfuncties uitvoeren, moeten immers een bijzondere kwalificatie hebben om zorghandelingen te verrichten. Een kwaliteitsvolle zorg rond het bed van de patiënt vraagt bovendien om een dienstverlening door gekwalificeerd personeel dat is ingebed in een zorgequipe. Dit kan niet worden gerealiseerd met een systeem van flexi-jobs, aldus de fiscus.